Friesische Halbsceattas; Werkstoffkundliche und historische Überlegungen – “Friesische Halbsceatts”; A comment – The Brabant-style gros of Dendermonde: counterfeit of official issue? – De munten van de heerlikheid Megen (ca. 1350-1450 en 1583-1590) – The triumphal medals of William III of Orange and the histoire métallique of Louis XIV of France in the wake of the Glorious Revolution – Stempelvarianten van de vroedschapspenning van Alkmaar. Bijdrage tot de penningkunde van de stad Alkmaar – In memoriam Prof. Dr. Peter Spufford (1934-2017)
Friesische Halbsceattas; Werkstoffkundliche und historische Überlegungen
Patrick Breternitz (Historisches Institut der Universität zu Köln), Dipl.-Ing. Dominic Stangier, Prof. Dr.-Ing. Wolfgang Tillmann (Lehrstuhl für Werkstofftechnologie der Technischen universität Dortmund)
Summary
There are surprisingly many coins of low mass amongst the published porcupine sceattas. Until now, numismatists explained this as a result of corrosion and categorically excluded the possibility of a deliberate lighter weight striking. The authors propose that corrosion alone cannot explain a weight loss of more than 50 percent, and the evidence supports that in addition to full porcupine sceattas, half porcupine sceattas have been minted as well.
Samenvatting
Onder de gepubliceerde Friese sceatta’s van het stekelvarken-type bevinden zich verbazend veel munten met een lage massa. tot nu toe hebben numismaten dit verklaard als gevolg van corrosie en de mogelijkheid van een lichtere denominatie principieel uitgelsoten. De auteurs betogen dat corrosie alleen het verlies aan massa van soms meer dan 50 procent niet kan verklaren en maken aannemelijk dat behalve hele stekelvarken sceatta’s ook halve sceatta’s werden geslagen.
“Friesische Halbsceatts”; A comment
Michael Metcalf (Emeritus Professor of Numismatics, Oxford) & Wybrand op den Velde (independent researcher, Elim)
The Brabant-style gros of Dendermonde: counterfeit of official issue?
Jos Benders (Norwegian University of Science and Technology & KU Leuven),
Ellen L. Wijgård Randerz & Jon Anders Risvaag (Norwegian University of Science and Technology)
Summary
Metallurgic analysis is applied to determine the silver content of an imitation gros tournois, presumably struck at Dendermonde. The results are used to discuss whether or not this type is a (contemporary) forgery.
Samenvatting
Aan de hand van de resultaten van een metallurgische analyse is het zilvergehalte bepaald van een Tourse groot die in Dendermonde zou zijn geslagen. De bevindingen worden gebruikt om te bespreken of de munt een eigentijdse vervalsing is.
De munten van de heerlikheid Megen (ca. 1350-1450 en 1583-1590)
Theo Nissen (independent researcher Terheijden) Jos Benders (Norwegian University of Science and Technology & KU Leuven)
Summary
The authors present an updated overview of the coinage of the seigneury of Megen, divided into two periods: about 1350-1450 and 1583-1590. Willem IV (+1358) probably initiated the coinage. Despite repeated complaints about the poor quality of the coins, the authorities only managed to discontinu this coinage in 1450. In 1583 the prominent nobleman Charles de Croÿ took up the minting, now in the town of Gorinchem. after their divorce his former wife Maria of Brimeu continued this activity.
Samenvatting
The auteurs presenteren een geactualiseerd overzicht van de muntslag van de heerlijkheid Megen. Deze is in twee perioden te verdelen: ca. 1350-1450 en 1583-1590. Vermoedelijk was Willem IV(+1358) de eerste muntheer. Ondanks herhaaldelijke klachten over de munten, slaagden de autoriteiten pas in 1450 erin de muntslag te beëindigen. In 1583 hervatte de vooraanstaande edelman Karel van Croÿ de Megense muntproductie, nu te Gorinchem. Na hun scheiding zette zijn voormalige echtgenote Maria van Brimeu die activiteit voort.
The triumphal medals of William III of Orange and the histoire métallique of Louis XIV of France in the wake of the Glorious Revolution. Alexander Dencher (Université de Paris – Panthéon Sorbonne and University of Leiden)
Summary
This article examines the triumphal medals struck to commemorate the public entry of William III of Orange in 1691 and their reception in France, where these medals were viewed in the context of the histoire métallique of Louis XIV. The discussions of these medals in contemporary gazettes highlights their controversial nature, their transformation of the entry’s ephemeral architecture into portable, metal monuments, and contemporary perceptions of Willai as a patrion of medals.
Samenvatting
Dit artikel onderzoekt de triomfpenningen geslagen ter gedachtenis van de zegetocht van Willem III van Oranje in 1691 en hun ontvangst in Frankrijk, waar deze penningen werden gezien in de context van de histoire métallique van Lodewijk XIV. De discussies in Franse gazettes bespreken de dubbelzinnige aard van deze penningen, hun transformatie van de efemere architectuur van de intocht naar draagbare, metalen monumenten, evenals eigentijdse percepties van Willem als opdrachtgever van penningen.
Stempelvarianten van de vroedschapspenning van Alkmaar. Bijdrage tot de penningkunde van de stad Alkmaar.
Jan de Vries (independent researcher, Enschede)
Summary
Through extensive research in both literature and archives the author has examined possible combinations of dies in the attendance tokens of the city of Alkmaar. from this research, he has deduced the most likely sequence of die combinations. He arrives at the preliminary conclusion that at least six obverse and five reverse dies were used, yielding eight combinations. Based on early drawings of these attendance tokens, it could very well be that two additional varieties exist which have not yet been found.
Samenvatting
De auteur heeft aan de hand van literatuur en gedetailleerd archiefspeurwerk onderzocht welke stempelcombinaties van de vroedschapspenningen van Alkmaar zich kunnen voordoen en daarvan de meest aannemelijke volgorde bepaald. De voorlopige conclusie is dat er tenminste zes voorzijde- en vijf keerzijdestempels zijn waarbij in ieder geval achte te onderscheiden stempelcombinaties voorkomen waarmee penningen zijn vervaardigd. Afgaande op getekende versies van dergelijke penningen zouden er nog twee types kunnen bestaan, maar die zijn nog niet aangetroffen.
In memoriam Prof. Dr. Peter Spufford (1934-2017)
Jan Lucassen & Bert van Beek